Overeenkomst, opgesteld op grond van Artikel K.3 van het Verdrag betreffende de Europese
Unie betreffende uitlevering tussen de Lid-Staten van de Europese Unie
De Overeenkomst wordt voorlopig toegepast tussen: Denemarken en Spanje vanaf 9 maart 1998; tussen bovengenoemde staten en Portugal vanaf 4 januari 1999; tussen bovengenoemde staten en Duitsland vanaf 11 maart 1999; tussen bovengenoemde staten en Finland vanaf 6 juli 1999; tussen bovengenoemde staten en het Koninkrijk der Nederlanden (het Europese deel van
Nederland) vanaf 27 september 2000 tot 1 januari 2004; tussen bovengenoemde staten en Oostenrijk vanaf 11 juli 2001; tussen bovengenoemde staten en België vanaf 23 oktober 2001; tussen bovengenoemde staten en Luxemburg vanaf 28 oktober 2001; tussen bovengenoemde staten en Zweden vanaf 1 november 2001; tussen bovengenoemde staten en het Verenigd Koninkrijk van Groot-Brittannië en Noord-Ierland
vanaf 20 maart 2002; tussen bovengenoemde staten en Litouwen vanaf 26 augustus 2004; tussen bovengenoemde staten en Frankrijk vanaf 30 juni 2005; tussen bovengenoemde staten en Polen vanaf 18 juli 2006; tussen bovengenoemde staten en Slovenië vanaf 16-07-2007.
Beëindiging voorlopige toepassing Overeenkomst i.v.m. kaderbesluit EU van 13 juni
2002 (2002/584/JBZ) (Pb. EG L 190 van 18 juli 2002).
Koninkrijk der Nederlanden
Koninkrijksdeel
Voorlopige toepassing
In werking
Terugwerkende kracht
Buiten werking
Nederland (in Europa)
27-09-2000
05-11-2019
Nederland (Bonaire)
Nederland (Sint Eustatius)
Nederland (Saba)
Aruba
Curaçao
Sint Maarten
PartijenPartijen met een link hebben een voorbehoud.
RatificatieO=Ondertekening zonder voorbehoud of vereiste van ratificatie R=Bekrachtiging, aanvaarding,
goedkeuring of kennisgeving T=Toetreding VG=Voortgezette gebondenheid NB=Niet bekend